‘Ik vind het leuk om ergens te wonen waar ik wat kan betekenen.’
Contact met de straat
De reden te willen verhuizen, is dat de huidige woning van Theo en Pinar een bovenwoning zonder lift is. Theo: ‘Dat traplopen word je op een gegeven moment zat. Bovendien is ons huis honderd jaar oud. Als je klaar bent met het ene klusje, dient het volgende zich alweer aan. Op mijn leeftijd houdt dat een keer op.’ Nieuwbouw moest het worden. Aan het water. Gelijkvloers. En, als ze dan toch mochten dromen: ramen tot aan de grond, alstublieft. De Piekstraat vinkt elke wens op het wensenlijstje af.
Pinar: ‘Wonen in een woontoren leek ons wel wat, maar we wilden niet te hoog wonen. Geen Google Earth-ervaring.’
Theo: ‘Daarom hebben we voor een Panoramaloft gekozen op de achtste verdieping: daar heb je nog net dat contact met de straat, dat wij zo belangrijk vinden.’
Van de zonnige kant
Het appartement van Pinar en Theo bevindt zich op de oostelijke hoek van het gebouw. Vanuit hun inpandige loggia heeft het stel straks een weids uitzicht over de Maas en het groen van De Esch aan de overkant. ‘We hebben het appartement uitgezocht op de zonligging. Wij kunnen straks de dag beginnen met een kop koffie en de rest van de dag in het zonnetje zitten. Pas rond een uur of vier verdwijnt de zon achter het gebouw.’
De 95 vierkante meters die het appartement telt, willen Pinar en Theo zo goed mogelijk benutten. Door de werkkamer en de tweede wc te laten vervallen, en die ruimte bij de woonkamer te trekken, gaan ze voor het maximale loftgevoel. ‘Op die manier houden we een extra royale woonkamer over, die samen met het weidse uitzicht voor een heel ruimtelijk gevoel gaan zorgen.’
Net als vroeger
Omdat de Piekstraat gaat werken met een deelautosysteem, is het stel van plan de eigen auto de deur uit te doen. Die hebben ze namelijk helemaal niet meer nodig. Want waar Pinar het meest naar uitkijkt? ‘Met het fietspontje naar mijn werk op de Erasmus Universiteit gaan!’ Ook Theo verheugt zich op het vervoer over het water: ‘Dat je tegen je bezoek zegt: vanaf Leuvehaven neem je de watertaxi en dan ben je binnen een paar minuten bij ons.’
Nee, de stap naar Zuid voelt voor hen niet groot. Theo: ‘Mijn dochters zeggen: waarom ga je op Zuid wonen? Alsof het heel ver is. Maar echt, je zit zó in het centrum.’
Pinar: ‘De mentale afstand van Noord naar Zuid is voor veel mensen groter dan de fysieke. Zelf hebben wij daar geen last van: we doen onze boodschappen straks op de Laan op Zuid, of we blijven naar de Gimsel op de Mariniersweg gaan, wat vanaf de Piekstraat ongeveer even ver weg is als vanuit de Agniesebuurt. We gaan straks nog steeds naar de film in Lantaren/Venster en zullen nog wat vaker bij Helai gaan eten, wat al jaren onze favoriete Afghaan is.’
Theo: ‘En als we behoefte hebben aan groen, wandelen we naar Eiland van Brienenoord, waar een fantastische Buitenplaats is. En moeten we toch in het centrum? Dan pakken we de boot.’
Pinar, tevreden: ‘Precies zoals ik het vroeger in Istanbul deed.’